Tijdens een wedstrijd van Asser Boys is het zo koud dat B.J.’S voeten bevriezingsverschijnselen vertonen. Zijn besluit staat vast, hij wordt voetballer (veldspeler) en Luuk Gonlag wordt doelman, een der beste amateur keepers die hij ooit heeft gekend. B. J. Hegen is de man van het tikkie breed, techniek hoog in het vaandel. De oefenmeesters eisen echter diepte in het spel. Getergd lelt

B. J. De bal weg. Hij kan gelijktijdig vertrekken. De bal? ....teruggevonden op de zuidpool!

De volgende stap is de v.v. Annen. Een bekend Asser oefenmeester, Den Hartog, heeft hem daar nodig als libero. Twee jaar lang lijdt men geen nederlaag. Inmiddels hebben negen Asser voetballers een plaats veroverd in de Anner selectie. Op zekere zondag vertrekt het gezelschap met de spelersbus naar Annen. Plots moet de chauffeur op de rem voor een zwarte kat die van rechts komt. Bijgelovig als hij is zegt B. J. dat het beter is te keren en thuis te blijven. Het wordt uiteindelijk een dikke nederlaag, er ontstaat ruzie vanwege de kat en maandags ligt B. J. in het ziekenhuis met een kapotte hand. Zwarte katers.... Aardige beesten. Doch komen ze van rechts en je moet er voor remmen....


persoonlijke-beschouwingen-bj-Hegen

Thuis wordt niet over het geloof gesproken. Het is zelfs een taboe. De buren daarentegen zijn fervente aanhangers van het katholieke geloof en daardoor krijgen de kinderen kleding en een fiets van de kerk. B. J. stelt voor ook toe te treden tot het geloof, immers, hij heeft geen fiets.


Het wordt geen kerk, wel zondagsschool omdat alle kinderen in de buurt ook gaan. De catechesatie staat onder leiding van mevrouw Booiman. ‘’Merkwaardig’’, zegt Pa. ‘’Normaal heb je een hekel aan school en nu ga je zelfs op zondag.’’! Maar ja. Die fiets....

Op de zondagsschool hoort B. J. over de wonderen van de Bijbel.

Maar zicht op een fiets is er niet.

Geloven? .... Zeker weten is beter!

  

In de 50-er jaren wordt B. J. Hegen door z’n ouders gevraagd wat hij wil hebben op z’n verjaardag, een gitaar of een brommer. Het wordt een gitaar en opa Jan snapt er niets van. Een jong keerl rijdt toch op een stoomfiets! Opoe Trien zegt dat het allemaal wel mee zal vallen. Misschien wordt kleinzoon wel muzikant. Misschien komt hij wel in de tromband van tamboer maitre Jan Joling, de melkboer uit de Molenstraat. Het wordt uiteindelijk de blues. Begin 1960 knallen enkele heren in een rode versleten bus door het hele land. Onder leiding van manager Nico Twint wordt het op de wereld niet veiliger!


Startpagina-website-bj-hegen persoonlijke-beschouwingen-bj-Hegen persoonlijke-beschouwingen-bjhegen-2 persoonlijke-beschouwingen-bjhegen-2 Foto’s en teksten: B. J. Hegen